Nog meer over vroeger.
Mijn vader Jo was van augustus 1923 en mijn schoonvader Jan van januari 1924. Ze waren dus ongeveer even oud. Jo woonde in de provinciestad Leeuwarden en Jan op een klein dorp, ook in Friesland. Het leven was in de twintiger jaren niet gemakkelijk. Het was voor de gezinnen moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen. Jo kreeg nog 2 zussen, hij was de oudste. Jan was de 2e zoon, hij had nog 3 zussen. Hij was het middelste kind van de 5 kinderen.
Jan en Jo moesten, nadat ze de lagere school doorlopen hadden, werken voor de kost.
Jan in de slagerij van zijn vader, hij ging naast het werk overdag naar de handelsavondschool, want hij moest papieren hebben om eventueel ooit een bedrijfje of een winkel over te kunnen nemen.
Jo ging nog steeds naar school, naar de Mulo, maar daarnaast moest hij meewerken in de kleermakerij van zijn oom. Hij moest 's avonds en in het weekend op een fiets met een grote mand voorop kleding en rekeningen bezorgen bij klanten. Het was crisis, zeker na de beurskrach van 1929. Er was geen geld voor personeelsleden van buiten de familie, dus kinderen moesten vanaf hun 12e meehelpen om de kost te verdienen. Ook de winkeliers hadden het moeilijk, want mensen bezuinigden ook op vlees en kleding. Het was al heel wat dat Jo mocht doorleren, want dat kostte geld: geld voor boeken, voeding, kleding etc. Een kind dat fulltime werkt, brengt verdiensten mee naar huis en kost minder. Kinderbijslag was er nog niet, deze financiële tegemoetkoming werd in Nederland ingevoerd in 1941 en voor zelfstandigen zoals de vader van Jan, pas in 1951. Mijn vader Jo behaalde in 1939 zijn Mulo diploma en ging aan het werk op een kantoor.
In mei 1940, toen Jo en Jan 16 jaar waren, brak de oorlog uit en vielen de nazi's Nederland binnen. In de eerste jaren werden deze jongeren nog met rust gelaten en konden ze blijven werken, maar vanaf 1942 werden Nederlandse mannen gedwongen in Duitsland te gaan werken. Door de oorlog waren veel Duitse mannen vertrokken, en soms ook op het slagveld gesneuveld, maar de Duitse (oorlogs-)industrie moest wel doordraaien. Daar waren werkkrachten voor nodig en die werden uit de bezette landen gehaald. Ook Jo en Jan moesten naar Duitsland, ze zagen geen kans om onder te duiken.
In de 2e wereldoorlog waren ruim een half miljoen Nederlandse mannen tewerkgesteld in Duitsland. In Nederland woonden toen 9 miljoen mensen.
Als gevolg van slechte huisvesting,
gezondheidsproblemen, arbeidsongevallen of bombardementen kwamen
er, naar schatting van het Rode Kruis, 30.000 landgenoten in Duitsland om het leven. Een onbekend aantal kwam terug met blijvend
lichamelijk of psychisch leed.
In de loop van 1942 en ook in 1943 en 1944 zijn veel Nederlandse mannen naar Duitsland gevoerd om daar tewerkgesteld te worden.
Zo ook Jo en Jan. Wanneer zij vertrokken weet ik niet, Jan wilde er bijna niets over kwijt en mijn vader heb ik er niet naar gevraagd.
Vader Jo werkte eerst in Leipzig en later in Hof, in noord Beieren. Voor mijn vader was het een angstige tijd. Hij was homoseksueel en in Nederland werden homo's nauwelijks getolereerd, maar zeer zeker niet in Naziduitsland. Hoe zorg je dat je niet opvalt en niet met een roze driehoek in een concentratiekamp eindigt? Het was zeker niet gemakkelijk. De steden waar hij werkte werden gebombardeerd en er werd onder de dwangarbeiders honger geleden. In april 1945 is hij ternauwernood ontsnapt aan de brisantbommen en ander onheil dat op Hof neerdaalde. Hij vluchtte naar het platteland, waar in een dorpje een oorlogsweduwe zich over hem en nog een paar Nederlandse jongens ontfermde. Ze had twee zoons, één daarvan is in de oorlog gesneuveld, de andere kwam na de oorlog weer terug naar huis. Mijn vader is met deze weduwe en haar zoon en zijn gezin jarenlang bevriend geweest en we hebben daar als familie een aantal keren gelogeerd en zij omgekeerd ook bij ons.
Toen de oorlog afgelopen was, heeft mijn vader een aantal maanden voor de Amerikanen gewerkt als tolk. En dat kon je jaren later nog steeds merken, zijn Engels was geen British English, maar hij had een duidelijk Amerikaans accent. Tijdens dat laatste oorlogsjaar heeft mijn vader TBC opgelopen, waarvan hij pas eind 1953 genezen is verklaard.
Jan trof het slechter. Hij kwam in Duitsland eerst bij een boer op het platteland terecht, maar hij had zo'n heimwee, dat hij lopend teruggegaan is naar Friesland. Dagenlang heeft hij gelopen, maar thuis aangekomen werd hij voor straf naar kamp Amersfoort gestuurd en later in 1943 naar kamp Vught. Kamp Amersfoort was een concentratiekamp, op wikipedia lees ik het volgende: Amersfoort was een berucht kamp. Kampbeulen als de SS'er Kotälla maakten
er de dienst uit, en werden door niets in hun wreedheid beperkt.
Ik vermoed dat hij erg geleden heeft tijdens zijn verblijf in de concentratiekampen, maar hij zei er erg weinig over. Na de kampen is hij tewerkgesteld in een stad in het Ruhrgebied. Daar moest hij met een handkar lijken of gedeelten daarvan (dood door honger of bombardementen) op deze kar laden en naar de verzamelplaats brengen (een kerk misschien?) Hij durfde niet meer te ontsnappen, hij was te bang gefusilleerd te worden.
In mei 1945 waren Jo en Jan 21 jaar. Jonge jongens nog maar, maar met een heftig verleden. Jan was regelmatig heel depressief en zijn zoon, mijn ex-man, vond hem op een gegeven moment met een strop en een stoel. Hij kon voorkomen dat zijn vader zich ophing, maar er kon absoluut niet over gepraat worden. Hij moest beloven het stil te houden.
Jan was overigens goed bevriend met een aantal Duitse gezinnen die in zijn Friese dorp vlakbij de waddenzeekust een 2e huis kochten en daar in de zomermaanden verbleven. Het eerste vriendinnetje van mijn ex-man was een dochter van 1 van die families.
Mijn vader Jo heeft heel lang geprobeerd zijn homoseksualiteit te verbergen, trouwde en ging zelfs in therapie. Die therapie was overigens in die tijd niet ongebruikelijk. Er werd in de jaren 50 van de vorige eeuw vrij algemeen gedacht dat homoseksualiteit te "genezen" zou zijn. Maar het verhaal over mijn vaders homoseksualiteit, dat is een heel ander verhaal, waar ik heel misschien nog wel eens over zal schrijven.
Over besparen en bezuinigen en over met pensioen zijn. En ook over leven in de huidige tijd!
woensdag 27 mei 2015
Vader Jo en schoonpa Jan
AUTEUR: Aaf, alias Zuinigaan.
Ooit opgeleid als bibliothecaris (1974) en maatschappelijk werker (1984). Van 1999 – 2019 werkzaam in het HBO en sindsdien met pensioen. Vanaf de aankoop van mijn huis in 2007 blogger met als centraal thema zuinig leven en besparen. Sinds 2016 oma van inmiddels 4 leuke kleinkinderen.
zuinigaan@gmail.com
Ooit opgeleid als bibliothecaris (1974) en maatschappelijk werker (1984). Van 1999 – 2019 werkzaam in het HBO en sindsdien met pensioen. Vanaf de aankoop van mijn huis in 2007 blogger met als centraal thema zuinig leven en besparen. Sinds 2016 oma van inmiddels 4 leuke kleinkinderen.
zuinigaan@gmail.com
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Poeh, heftig verhaal zeg!!
BeantwoordenVerwijderenWat zijn die tewerkgestelden in de steek gelaten na de oorlog. Mensen met zulke ervaringen,ook die van concentratiekampen kregen geen opvang in die tijd. Een oom van me bedacht een eigen therapie.In de jaren '60 is hij met zijn vrouw teruggegaan naar de plaatsen waar hij tewerk gesteld was. Toen kon hij er over praten.
BeantwoordenVerwijderen...droevig verhaal! Het kon het verhaal van duizenden jonge mensen in oorlogstijd zijn. Doodzonde dat er zo weinig veranderd is.......
BeantwoordenVerwijderenIk geniet altijd van je verhalen over vroeger. Mijn vader en moeder waren vijftien toen de oorlog uitbrak. Vreselijke dingen meegemaakt, getekend voor het leven, maar er nooit over willen praten. Ze zijn beiden jong overleden. Mijn schoonmoeder was 15 toen de oorlog was afgelopen en werd toen gevangengezet omdat haar vader NSB-er was. Het beheerst haar leven en ze praat er veel en vaak over. Ik vind het soms moeilijk daar mee om te gaan (mijn ouders waren Joods). Wat een impact heeft het nog...
BeantwoordenVerwijderenIk vind je verhalen over vroeg altijd mooi om te lezen. Je schrijft goed! En ook de heftige onderwerpen weet je goed te verwoorden. Bijzonder dat je ons zo mee laat delen in je familiegeschiedenis. Groet, M.
BeantwoordenVerwijderenBen het helemaal met Janne eens. Droevig verhaal en doodzonde dat er zo weinig lijkt te veranderen.
BeantwoordenVerwijderenMijn vader was van 1920, en had soortgelijke verhalen. Toen hij ging werken, in de crisistijd, was zijn vader werkloos. Maar omdat hij nu een werkende zoon had, werd hij gekort op zijn uitkering. Dus moest mijn vader een deel van zijn loon thuis afgeven. Met de kosten voor avondschool en bus/tram, bleef er niets meer over. Daarna in de oorlog ook naar Duitsland gestuurd.
BeantwoordenVerwijderenpffff, wat heb jij een heftig verleden zeg! Wat je nu bv weer vertelt over je vader, dit moet hoe dan ook een flinke impact op jouw leven hebben (gehad). Want dat zegt nogal wat een vader wiens kinderen mogelijk met weerzin zijn verwekt...
BeantwoordenVerwijderenIk had al veel respect voor je maar hoe meer ik over je te weten kom, des te groter mijn respect.
Kracht naar kruis, jij moet dus wel beresterk zijn!!
Ooit iets over familieopstellingen gehoord?
Linda
Bedank voor het delen van dit verhaal. Heel heftig maar ik kan me zo voorstellen dat je vader misschien toch gewoon gelukkig was binnen jullie gezin? Of zijn dit soort huwelijken altijd gedoemd te mislukken, denk je?
BeantwoordenVerwijderenHij is tot zijn dood bij mijn moeder gebleven, maar op hij leidde lang een dubbelleven: uitgaan in Amsterdam en andere steden, veel homoseksuele vrienden, met vrienden op vakantie.
VerwijderenOf hij gelukkig was, weet ik niet.
Bedankt voor je verhaal.
BeantwoordenVerwijderenWat mij meer interesseert is of je moeder gelukkig was? In een huwelijk waar de man buitenhuis zijn pleziertjes (uitgaan, vakantie etc.) zocht.
Lijkt mij zeer zwaar....