vrijdag 26 juli 2024

Een prik tegen gordelroos?

Aan gordelroos ga je niet dood, maar je krijgt soms wel enorm veel pijn! Een op de vijf mensen met gordelroos krijgt zenuwpijn die maanden of zelfs jaren kan aanhouden.

De site van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) geeft de volgende informatie:
Wat is gordelroos?
Gordelroos wordt veroorzaakt door een infectie met het varicellazostervirus, dit veroorzaakt ook waterpokken. Na het doormaken van waterpokken blijft het virus in het lichaam achter, zonder actief te zijn. Als het virus later in het leven weer actief wordt (reactivatie), kan het gordelroos veroorzaken.
Wat zijn de symptomen?
Gordelroos begint met jeuk, tintelingen of een hevige, brandende of stekende pijn. Na enkele dagen verschijnen er blaasjes in groepjes op het lichaam, meestal rond de buik of taille. Na 7 tot 10 dagen drogen de blaasjes in tot korstjes. Soms kan gordelroos ernstige complicaties geven (bijv. ontsteking van de aangezichtszenuw). Nadat de symptomen zijn verdwenen, kan iemand last houden van (zenuw)pijn en tintelingen op de aangedane plek.
Hoe vaak komt gordelroos voor?
Gordelroos komt meestal voor bij ouderen of mensen met een lagere weerstand. In 2015 gingen in Nederland ongeveer 530 per 100.000 inwoners naar de huisarts vanwege gordelroos. Jaarlijks worden in Nederland ongeveer 375 patiënten met gordelroos opgenomen in het ziekenhuis, deze patiënten zijn meestal 50 jaar of ouder.

Ik ken diverse mensen die op oudere leeftijd last kregen van gordelroos, onder anderen mijn schoonvader, die enorm veel last had van zenuwpijnen door de gordelroos. Ik ken ook mensen die gordelroos in hun gezicht hadden en daar veel pijn aan hadden. Naast dat het cosmetisch ontsierend is.

Het goede nieuws is dat je je er tegen kunt laten vaccineren. En dat ga ik doen! En wel met Shingrix® . RIVM: De effectiviteit van Shingrix® is goed, ook op latere leeftijd. Bij mensen van boven de 70 is de effectiviteit nog steeds meer dan 90%. Dat wil zeggen dat er bij 70-plussers die gevaccineerd zijn met Shingrix® 90% minder gordelroos voorkomt dan bij 70-plussers die niet zijn gevaccineerd.

Het kost nogal wat, zo'n 200 euro en de zorgverzekering vergoedt niets, maar dat heb ik er wel voor over.
Ook teruggave zorgkosten door de belastingdienst lijkt er niet in te zitten, wel reisvaccinaties, maar dit niet.
Jammer dan, maar mijn besluit staat vast, heel binnenkort ga ik het gewoon doen!

donderdag 25 juli 2024

Hoe deden we dat zonder buienradar en google maps?

Tussen 1979 en 1984  fietsten wijlen mijn partner en ik 's zomers een maand lang door Nederland, Duitsland, Zwitserland, Oostenrijk, Frankrijk, België en Luxemburg. Niet dat we in zo'n fietsvakantie alle genoemde landen aandeden, maar altijd ging het vanaf Groningen richting zuiden of zuidoosten en later weer terug. Op de fiets, met tentje, kookspullen, slaapzak, slaapmatjes, een klein kompas en landkaarten, meestal Michelinkaarten.

een voorbeeld van zo'n detailkaart die we gebruikten
Nu kijk je even op je telefoon en je weet direct en zeer nauwkeurig waar je bent.
Dat geldt ook voor het weer van de komende dagen en je kunt de regenwolken voorbij zien komen, of constateren dat het voorlopig nog stralend mooi weer blijft.
Toen had je nog geen smartphone en we hadden ook geen radio bij ons. Als we in een stadje of een dorpje waren, lagen er in een supermarkt altijd kranten met op de voorpagina het weerbericht. Daar keken we dan naar en verder keken we alleen naar de lucht en de wolken om te beoordelen wat voor weer het werd en we maakte aan de hand van landkaarten een plan waar we naar toe zouden fietsen.
De kaart kwam in mijn stuurtas en we volgden zo veel mogelijk rivieren en riviertjes om te zorgen dat we niet constant heuvel op heuvel af zouden fietsen.
We verdwaalden ook wel eens, zeker in dunbevolkte gebieden. Daar waren ook kruisingen zonder borden die aangaven waar de wegen naar toe gingen, soms was het een gok als we op de kaart niet konden vinden waar we waren. Het was een verrassing dat we bijvoorbeeld ineens bij de stad Orleans waren, terwijl we er eigenlijk omheen wilden fietsen. Maar ja, wat moet je zonder telefoon? We namen het zoals het was en zetten onze reis voort door langs de Loire zuidwaarts te fietsen.

Zo kwamen we op de terugweg in Brabant dichtbij het plaatsje Zeeland terecht. Wij vroegen een voorbijganger waar we waren en hij zei: daar ligt Zeeland. Het voelde alsof we voor de gek gehouden werden. Wij wisten heus wel waar de provincie Zeeland was! Maar het bleek waar. Na lang zoeken op de kaart vonden we inderdaad het plaatsje Zeeland. Het ligt ten zuidoosten van Oss.
Weer wat geleerd en ik heb het nooit weer vergeten!

woensdag 24 juli 2024

Het hoofd boven water houden in vroeger tijden

 Mijn grootouders, geboren vlak voor 1900, hadden het niet breed, zeker niet in de crisisjaren na 1929, toen de beurscrash op Wallstreet zorgde voor een gigantische wereldwijde financiële crisis. Er heerste veel werkloosheid. Mijn ene opa (omdat hij Friestalig was, noemden we hem pake) was timmerman, hij werkte voor een aannemer en huizen werden er bijna niet meer gebouwd, want er was geen geld voor opdrachten. Dat betekende dat pake ongeveer de helft van het jaar geen werk had. De andere opa was meubelmaker. Bij het meubelbedrijfje waar hij werkte kwamen ook maar weinig opdrachten binnen, waardoor hij een tijdlang noodgedwongen parttime werkte en feitelijk ontslagen moest worden. Gelukkig lukte het hem om klusjesman te worden bij een zuivelfabriek. Daar repareerde hij de houten kaasvaten en werkte hij bij de onderhoudsdienst.
Beide grootouderparen waren wel in het bezit van een koophuis, met een flinke hypotheek. Dat betekende dat er geen financiële steun mogelijk was door de overheid. Al je geld zat immers in je huis. Je kon je huis verkopen als je inkomen nodig had!
Volgens mij kregen beide grootvaders nog wel enig werklozengeld van de vakbond waar ze actief lid van waren, maar dat was het dan ook.
Als je zo weinig inkomen hebt, wat doe je dan?

Pake en beppe (oma) deden het zo:

  • een deel van het huis onderverhuren aan verpleegkundigen van het ziekenhuis.  Daarmee genereerden ze extra inkomen. De kinderen kregen een bed op zolder.
  • de kolenkachel alleen in de achterkamer laten branden en het huis verder nergens verwarmen. 
  • fruitbomen in de tuin (peren) en groenten kweken in eigen tuin. Die werden bemest met eigen poep uit de ton die diende als wc. 
  • fokken van konijnen als kerstvlees
  • het houden van kippen voor eieren en vlees
  • de kinderen kregen klompen van de bedeling omdat er geen geld was voor schoenen. Die klompen hadden een bepaalde kleur, zodat je direct kon zien dat ze van de bedeling waren.
  • mijn moeder en oom kregen vermaakte kleding. Uit kleding van volwassenen werd kinderkleding gemaakt. Soms door de stof te keren, soms door de goede delen te gebruiken en van 2 kledingstukken één te maken.
  • mijn moeder en mijn pake kregen een ziekenfondsbrilletje en niet een zelf gekochte bril. Die brilletjes waren duidelijk anders dan de brillen voor mensen die wel geld hadden. Daarmee was je als armoedzaaier duidelijk herkenbaar.
  • Geld voor verjaardagscadeaus was er niet. Mijn moeder vertelde dat zij alleen van haar oom en tante die een kantoorboekhandel hadden een boek kreeg voor haar verjaardag.
Mijn opa en oma deden het zo:
  • de kolenkachel alleen in de achterkamer laten branden en verder nergens.  Die kamer was wel een stuk kleiner dan die van mijn pake en beppe. Ze lieten de kachel 's nachts niet doorbranden. Die kachel die ging iedere avond om 8 uur uit en werd pas de volgende ochtend weer aangemaakt.
  •  mijn vader, de oudste, vanaf zijn 12e in het bedrijf van zijn oom en tante laten werken. Hij moest na schooltijd en op de zaterdagmiddagen op de fiets met een grote mand voorop producten bezorgen die zijn oom maakte. 
  • vóór die tijd had deze zelfde oom een tijd bij hen op kamers gewoond: extra inkomen. De oom was wees en weeskinderen moesten op hun 18e het weeshuis verlaten. Hij trouwde met de jongste zus van mijn oma.
  • op een enorme groentetuin achter de woning heel veel groenten verbouwen
  • zoetwater-vissen in zijn vrije tijd, samen met oma. De hoeveelheden die ze vingen, waren enorm. 20 vissen was heel gewoon. Deze vissen waren een welkome aanvulling op het menu. Ik weet nog heel goed hoe mijn opa in mijn jeugd al die vissen in zijn schuur bakte en ik vond het heerlijk!
  • het houden van kippen om de eieren en het vlees 
Natuurlijk was er geen telefoon, geen auto, geen motor of brommer of andere luxe zaken. Wel hadden ze een zelfgebouwde radio, een stofzuiger en een elektrisch strijkijzer en ik weet dat mijn ene oma een trapnaaimachine bezat. Deze naaimachine werkte niet op stroom, maar op voetkracht.
Het was destijds zeer ongebruikelijk dat vrouwen werkten. Vrouwen waren huisvrouw en werkten niet buitenshuis. Het was natuurlijk wel zo, dat vrouwen een behoorlijke klus hadden aan een huishouding. De was moest met de hand gedaan worden en er was helemaal niets kant-en-klaar.
De beide oma's waren tot aan hun huwelijk vanaf hun 12e inwonend dienstmeisje geweest en kenden ook geen ander vak dan het werken in de huishouding.

dinsdag 23 juli 2024

Kiwi, een probleem of toch niet?

Pas rond mijn 30e, of eigenlijk nog iets later, at ik mijn eerste kiwi. Daarvóór waren ze volgens mij nauwelijks verkrijgbaar.  
Vanaf 1987, toen mijn oudste dochter ongeveer 1 jaar was, kreeg ze regelmatig een kiwi omdat ze zo gezond zouden zijn. Dat vindt het Voedingscentrum overigens nog steeds. Boordevol met vitamines en mineralen. 
Dochter vond ze heerlijk. Ik vond ze ook lekker en ik at toen ook zo nu en dan een kiwi, maar ik merkte dat ik er een beetje overgevoelig op reageerde. In toenemende mate tintelden mijn tong en lippen en zwollen de slijmvliezen in mond en keel op. Het werd steeds erger, een beetje eng! Ik ben toen helemaal gestopt met het eten van deze vruchten.  Later,  toen ik over internet beschikte, heb ik wel begrepen dat het geen allergie is, want dan reageert het lichaam veel heftiger en loop je kans dood neer te vallen. Dit is een mildere reactie,  een overgevoeligheid. 
Aangezien het al ruim 35 jaar geleden was dat ik ze at, was ik nieuwsgierig of de reactie nog hetzelfde was. 
En wat bleek? Ik merkte helemaal niets!
Zou het mogelijk zijn dat ik nu niet meer overgevoelig ben?
Ik ga ze vaker eten. Niet een paar per dag, maar een paar keer per week. 
Hooguit. 
En kijken wat er dan gebeurt.

maandag 22 juli 2024

Een bijzondere hoofdrolspeelster

In de film Thelma is de hoofdrolspeelster, June Squibb 93 jaar oud, in werkelijkheid is ze nog een jaar ouder, 94 jaar!
Het is een grappige actiecomedie over een hoogbejaarde dame, gespeeld door Squibb die door een frauduleus telefoontje geld afhandig wordt gemaakt. De fraudeur belt haar op en doet alsof hij haar kleinzoon is en hij in moeilijkheden is. Ze moet zo snel mogelijk geld sturen naar een bepaald postbusadres.
Later komt ze er achter dat ze opgelicht is en ze besluit het geld weer terug te halen nadat de politie aangeeft niets te kunnen doen. Samen met een vriend doorkruisen ze op een luxe tweepersoons scootmobiel Los Angeles. En het lukt om die 10.000 dollar te achterhalen en terug te krijgen.

Het gaat over ouderen en technologie, en over vrijheid als je op leeftijd bent. Familie wil eigenlijk niet dat de hoofdpersoon zelfstandig woont. Ze moet meer zorg krijgen volgens hen, maar Thelma heeft daar helemaal geen zin in, ze wil niet ingeperkt worden.
Ik vond het een erg leuke film!
Geweldig dat deze vrouw op haar leeftijd nog een hoofdrol in een film speelt.