woensdag 14 november 2018

Het Goede Leven - deel 3 - over de periode na 1945

Gisteren en eergisteren schreef ik over Het Goede Leven.
Vandaag deel 3 over tuberculose, telefoon en andere telecommunicatie, uitgaan en theater.

Tuberculose - mijn ouders hebben beiden tuberculose gehad. Nadat ik geboren was, lag mijn vader met tuberculose in het sanatorium in Laren in het Gooi. Mijn moeder ging zo nu en dan vanuit Leeuwarden met mij als baby in de trein op bezoek. TBC was een zeer ernstige ziekte die tot en met de 2e wereldoorlog veel slachtoffers maakte. Ook in de vijftiger jaren moesten patiënten lang kuren. Mijn vader had een vorm van tuberculose die niet in de longen zat, maar in zijn rug en in zijn longvliezen.
Wikipedia: Extrapulmonale tuberculose is tuberculose buiten de longen. Het is mogelijk om in ieder orgaan van het lichaam tuberculose te krijgen behalve in de haren of nagels. In Nederland omvat alleen extra-pulmonale tuberculose ongeveer 45% van de patiënten, eveneens 45% van de tuberculose is alleen pulmonaal (alleen longtuberculose) en bij de resterende 10% is de ziekte pulmonaal en extrapulmonaal. Extrapulmonale tuberculose komt vaker voor bij mensen met een verstoord afweersysteem en bij jonge kinderen. Bekende plaatsen voor extrapulmonale infectie zijn onder andere de longvliezen (tuberculeuze pleuritis), het centrale zenuwstelsel (tuberculeuze meningitis), het lymfestelsel (scrofuloderma van de hals, een huidafwijking), het urogenitaal stelsel, en de beenderen en gewrichten (ziekte van Pott van de wervelkolom). Wanneer de ziekte beenderen betreft, wordt dit ook wel "osseuze tuberculose" genoemd, een vorm van osteomyelitis.
Mijn vader had de TBC ergens tussen 1943 en 1945 in Duitsland opgelopen, toen hij daar werkte als dwangarbeider. Het was dus een "souvenir" van jarenlange dwangarbeid.  Eerst had hij een tuberculeuze pleuritis en later de ziekte van Pott. Omdat de wervels aangetast waren, moest hij veel operaties ondergaan, waarbij de wervelkolom met stukjes bot uit het scheenbeen gerepareerd werd. Hij moest daarbij op zijn buik in een gipsbed liggen. Uiteindelijk was hij vanaf 1954 helemaal hersteld, maar werkgevers zagen een oud-tuberculosepatiënt niet zo zitten. Ze waren bang dat mijn vader opnieuw ziek zou worden, dus mijn vader had moeite met het vinden van werk. Hij kon die ziekte ook niet verbergen. Hij had immers een gigantisch gat in zijn CV. Toen hij een nieuwe baan kreeg, was hij dan ook de koning te rijk!
Mijn moeder had in de jaren 30,  in de crisisjaren dus, tuberculose gehad. Ze was ziek en hoestte veel, maar mocht niet naar een arts, want volgens mijn pake stelde mijn moeder zich aan en er was door werkloosheid geen geld. Ik heb foto's gezien waarop ze er heel slecht uit zag met diepe kringen onder de ogen en broodmager. Ze is uiteindelijk op eigen kracht hersteld. Haar tuberculose kwam pas aan het licht toen mijn vader tuberculose bleek te hebben. Dan worden de familieleden ook onderzocht, en uit het onderzoek bleek dat ze longtuberculose had gehad. Toen werd het duidelijk waarom zij als kind altijd zo hoestte!
Voor mij had die tuberculose van mijn ouders nog een geniepig staartje, want ik was toen ik 10 jaar was, langdurig ziek.  Ik had last van chronische blaasontstekingen. Blijkbaar dacht men aan tuberculose. Die kan zich ook in de blaas nestelen. Ik heb een maagonderzoek gehad, waarbij men met een grote pijp mijn slokdarm in ging om maaginhoud en misschien ook stukjes maagwand weg te halen om te onderzoeken op TBC, daarna ook nog een nieronderzoek, een nierspiegeling noemden ze dat. Heel nare onderzoeken waren dat. Uiteindelijk was het bij mij gelukkig geen TBC. 

De telefoon. 
Wat telefonie betreft is er enorm veel veranderd. Bijna iedereen in Nederland is 24 uur per dag bereikbaar en veel mensen hebben een smartphone. Werkelijk, een kind kan de was doen, als hij er van jongs af mee vertrouwd is. Mijn kleinkinderen van 2 jaar kunnen swipen en mijn kleindochter kan YouTube aanzetten en kinderfilms starten. Wij kregen in 1962 telefoon omdat we boven de zaak woonden waar mijn vader werkte. In de avonduren kwamen gesprekken uit het buitenland (VS, Spanje, Italië) bij ons in de huiskamer en mijn vader beantwoordde deze zakelijke gesprekken.  Wij mochten vrij gebruik maken van deze telefoon. Voor 1962 kende ik de telefoon alleen van telefooncellen. Niemand in mijn familie had telefoon en ook mijn vriendinnen niet, dus er viel niet veel te bellen. Wie moest je bellen als er niemand telefoon had? Soms, als er iets bijzonders was, dan belde ik naar huis vanuit een telefooncel, bijvoorbeeld of ik ergens opgehaald kon worden. Mijn vader overleed in 1993 en heeft de hele ontwikkeling van de mobiele telefonie niet meegemaakt. Mijn moeder had in het verpleeghuis, waar ze een half jaar verbleef, een mobiele telefoon omdat ze daar niet de beschikking had over een gewone vaste telefoon. Maar ze kon zelf niet bellen, en ook nauwelijks gebeld worden, want ondanks meerdere keren uitleg, bleef het systeem voor haar moeilijk te doorgronden. Ze was blij dat ze in het verzorgingshuis  weer een gewone telefoon kreeg. 

Telecommunicatie
behalve telefonie had je ook telex, fax en  telegram-verkeer voor het verzenden van geschreven berichten. Door e-mail en andere media zijn de fax en de telex nu bijna overal verdwenen en ik vermoed dat veel mensen niet meer weten wat een telegram is. Dit is een korte brief die  doorgebeld werd en vervolgens schriftelijk bezorgd. Ik heb bij de geboorte van mijn oudste dochter nog een gelukstelegram ontvangen van mijn schoonzus en zwager!
voorbeeld van een telegram
Uitgaan en theater
Mijn ouders gingen nooit uit, ze gingen niet naar theater, niet naar de film, niet naar een kroeg, niet naar een restaurant, ze bleven altijd thuis. Ik denk dat sommige mensen in de jaren 50, 60 en 70 wel wat vaker uitgingen dan mijn ouders (die gingen nooit), maar over het algemeen werd er volgens mij veel minder geld aan besteed dan nu. Ook mijn broer en ik gingen toen we nog thuis woonden niet vaak naar de film of naar de kroeg. De enige film die ik me kan herinneren was Woodstock. Daar ben ik met een aantal klasgenoten van de middelbare school naar toe geweest.
Waar mijn broer en ik wel vaak naar toe gingen, was naar de schouwburg. Wij hadden een Cultureel Jeugdpaspoort (CJP) en aangezien we in Drachten op 5 minuten loopafstand woonden van de schouwburg en toegangskaartjes met een CJP heel betaalbaar waren, waren we wel een paar keer per maand in de schouwburg te vinden. Je had daar toen de Toneelgroep Noorder Compagnie die leuke toneelvoorstellingen bracht: onder anderen toneelstukken van Vondel (Josef in Dothan), maar ook van Samuel Becket (wachten op Godot), Shakespeare's Richard III en John Steinbeck's Of Mice and Men. Onder anderen Rutger Hauer speelde bij deze toneelgroep. Ik herinner me nog dat ik met mijn broer op de voorste rij zat en het allemaal geweldig vond! 
Ook speelden er andere toneelgezelschappen, ik heb onder anderen een heel jonge Jeroen Krabbé zien spelen. Verder heb ik destijds balletvoorstellingen gezien en cabaret. Zo'n CJP was heel nieuw, voor die tijd konden jongeren met weinig geld het zich gewoon niet permitteren om geld uit te geven aan cultuur, ook niet als er kortingen op gegeven werden. Sinds 1967 bestaat het CJP en ik denk dat ik er vanaf 1970 een had. Destijds zat er veel subsidie op en kostte de pas bijna niets (in de begintijd fl. 1,25). Die subsidie is in 2012 helaas afgeschaft door toenmalig staatssecretaris Halbe Zijlstra. Ik denk dat de toegangskaarten die je er nu mee kunt kopen veel duurder zijn.

Ik was van plan ook nog over auto's, reizen en vakanties te schrijven, maar dat houden jullie nog te goed! Dat wordt morgen of overmorgen!

14 opmerkingen:

  1. Leuke serie!
    Mijn ouders gingen vrij vaak uit. we woonden tussen Leideplein en Carre en toen was het ook nog niet moeilijk om een kaartje te kopen, hoefde ook niet maanden van te voren. Mijn moeder liep er in de middag naartoe en kocht de kaartjes voor dei avond.
    Vanaf jaar of 12 mocht ik ook mee en heb veel musicals gezien.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik wilde dat boek reserveren bij de bieb. 18 wachtenden voor me. Dus moet ik weel geduld hebben, voor ik kan lezen.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Je kan nog proberen of je uit een andere vestiging kan lenen. Bij mijn Bieb is lenen uit een vestiging uit plaatsen vlakbij gratis, en uit de rest van de provincie NH en Zh slechts 50 cent.
      Soms zijn er overal wachtlijsten, maar soms is er bij een andere bieb helemaal geen wachtlijst en ben je zo aan de beurt. Reserveren en klaar.

      Verwijderen
  3. Mijn vader heeft 3 jaar (van 1949 tot 1952) met tuberculeuze pleuritis in een draaibaar houten huisje (ivm wind en zon) moeten kuren. Wij woonden op het platteland.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Deze reactie is verwijderd door een blogbeheerder.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Spam, spam, spam, spam spam.

      Verwijderen
    2. Wat een leuke stukjes! Weer een hele leuke en andere kijk op onze geschiedenis!

      Verwijderen
  5. Ook mijn ouders gingen niet naar theater, of klassieke concerten. Ik begon daar als enige in het gezin in mijn pubertijd mee. Ook met CJP.
    Ik realiseer me nu dat ik niet weet hoe mijn altijd bezige ouders zich ontspanden. Zeker in deze tijd dat iedereen vanalles doet om maar tot rust te komen, of bunrout thuis zit, zou ik dat graag nog willen vragen aan hen. Helaas zijn ze er niet meer.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Hele leuke stukjes om te lezen! Toen ik werd geboren, hadden mijn ouders ook nog geen telefoon, maar dat was in 1985. Mijn vader is nog naar een telefooncel gerend omdat mijn moeder wel heel erg veel weeën had ineens. Verloskundige was net op tijd, haha.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Ik heb nooit geweten dat CJP al zo lang bestond! Ik maakte er pas kennis mee begin jaren 80.
    In ons dorp had je een vereniging voor het "Nut van het Algemeen", daar werd bijvoorbeeld verteld over reizen naar andere continenten, onder vertoning van dia's. Of er was een toneelvoorstelling met dansen na. Activiteiten waren vooral in de winter. In de zomer was iedereen druk met de volkstuin en onderhoud aan de woning.
    Voor ontspanning ging mijn vader eens per (winter)maand schutjassen in het cafe. Mijn moeder ging met andere huisvrouwen in de winter naar een cursus creatief handwerken. Dat was bijzonder want ze hielden zich vooral bezig met nuttige handwerken. Dat creatieve, dat was heel jaren 70. Voor de kinderen was er knutselclub. Als je naar de bios wilde, moest je eerst 7 km fietsen dus dat was zeldzaam (niet alle gezinnen hadden een auto). Idem voor toneelvoorstellingen of concerten.
    Verder gingen mijn ouders weliswaar niet vaak, maar wel heel regelmatig bij familie langs.

    BeantwoordenVerwijderen
  8. Uh, fax is niet zo achterhaald als veel mensen schijnen te denken hoor. Wij hebben tal van leveranciers die nog met fax werken, waar wij retourmeldingen, verschillenrapporten of buiten-assortiment artikelen alleen via fax mee kunnen afwikkelen. Dus in ons bedrijf wordt de fax nog dagelijks (meermalen) gebruikt.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Echt? Leuk om te lezen dat de fax bij jullie nog steeds bestaat. Op mijn werk is de fax al ongeveer 10 jaar geleden verdwenen. Alles gaat per e-mail. Sommige documenten worden daarvoor eerst ingescand.

      Verwijderen
    2. Bij ons ook klanten en leveranciers die het gebruiken maar gelukkig zijn er allerlei elrctronische mogelijkheden om wel faxberichten te kunnen ontvangen en versturen maar zelf geen fax meer te hebben. De printers zijn ook bijna allemaal weg. Er staat er nog 1 per gebouw.

      Verwijderen
    3. Als je internationaal zaken doet is de fax onmisbaar. In Duitsland bv is een email nog maar net rechtsgeldig, maar vanwege slecht bereik internet niet overal via email te doen. Faxen blijft dus populair.

      Verwijderen

Reageren is leuk, graag zelfs, maar onzinnige, racistische, onaardige, of kwetsende reacties naar mij of anderen en ook reacties met nep-informatie worden niet geplaatst.

Over verwijderde reacties ga ik niet in discussie.