Mijn broer heeft het weer eens heel moeilijk.
Het gaat mij aan het hart.
Zijn relatie zit weer in zwaar weer en hij komt tijdens therapiesessies opnieuw tot de conclusie dat we als kind emotioneel verwaarloosd zijn. Hij en ik allebei. Ik ben 2 jaar ouder en ik heb dit gegeven min of meer een plaats weten te geven.
Broer voert urenlange telefoongesprekken met mij over vroeger, waarbij hij dan bijvoorbeeld precies wil weten of ik mij momenten kan herinneren dat we met warmte gekoesterd werden door onze ouders. Nou nee, daar heb ik geen enkele herinnering aan. Geen knuffels, geen uitingen van liefde, geen aai over de bol en ook geen complimenten voor gedrag of uiterlijk. Gewoon niets, onze ouders waren druk met zichzelf en hadden geen ruimte voor ons. Ja, we kregen te eten en schone kleren, maar daar hield het ook wel mee op.
Toen ik op mijn 9e midden in de nacht in mijn slaap gebraakt had en mijn bed en haren onder het braaksel zaten, toen verschoonde ik zelf mijn bed en pyjama en waste mijn haren. Ik had het gevoel dat ik niet kon huilen of roepen. Ik kon er geen aandacht voor vragen, ik kon mijn ouders niet storen in hun slaap. Dus deed ik alles zelf en kreeg achteraf ook geen opmerkingen dat ik daarvoor best mijn ouders had kunnen storen, integendeel, mijn moeder mopperde over de hoeveelheid was die ik geproduceerd had. Ik dacht dat het zo hoorde. Dat in mijn slaap braken heb ik meerdere keren gedaan, het was niet eenmalig. Pas toen ik later kinderen had en mijn kinderen als vanzelfsprekend in zulke gevallen mijn hulp inriepen, werd het mij duidelijk dat het niet gewoon was wat er in mijn jeugd gebeurde.
Mijn vader had altijd kritiek: er was van alles niet goed. Mijn manier
van lopen en houding was niet goed, mijn kleding, ik was te dik, ik was lui. Verder
treiterde hij mijn broer en mij dikwijls. Daar moesten we tegen kunnen.
Mijn broer was nogal driftig van aard en mijn vader genoot als mijn
broer een driftbui kreeg. Mijn vader schold mij uit voor trut en kamerolifant. Mijn vader meldde mij ook dat ik, als ik mij zo gedroeg als dat ik deed, nóóit een man zou krijgen. Dat was nogal een punt in de vroege jaren 60, want het patroon was dat meisjes gingen trouwen en dat je ongetrouwd, als "ouwe vrijster" tot een minder soort mens behoorde. Mijn moeder liet het allemaal gebeuren en greep niet in. Ik was stil en had geen weerwoord. Al heel
vroeg hadden mijn broer en ik het gevoel dat we er alleen voor stonden. Broer en ik liepen,
zonder dat we het van elkaar wisten, al op de lagere school, maar ook op
het voortgezet onderwijs soms met zelfmoordgedachten rond en we werden
steeds dikker, als het ware om de leegte te vullen. Eten als troost, zeg
maar.
Mijn vader viel op jonge jongens en hij heeft zich ook wel eens vergrepen aan mijn broer. Ik had het "geluk" dat hij niets van meisjes moest hebben en in feite een afkeer had van vrouwen.
Doordat mijn broer nu weer zo klem zit tussen heden en verleden, komen er weer een heleboel herinneringen terug. Niet fijn.
Wat ik nog het meest onthutsend vind, is dat ik van heel veel mensen dergelijke verhalen hoor. Verslaafde ouders, ouders die workaholic zijn en zich niet met het gezin bemoeien, ouders die het leven niet aan kunnen, seksueel misbruik. Het zijn bepaald geen incidenten, maar een veelvoorkomend verschijnsel, dat verwaarlozen en in het geval van mijn broer en mij ook emotioneel mishandelen van kinderen. Ik word daar heel verdrietig van!
Waren er in mijn jeugd ook lichtpuntjes? Toen ik klein was wel. Mijn beppe (oma) was heel lief en woonde in Leeuwarden om de hoek. Ik ging destijds zowel vóór schooltijd als na schooltijd bij beppe langs en speelde daar. Zij ving mijn broertje op toen hij als zesjarige onder een fiets gelopen was en huilend en gewond naar haar toe kwam. Mijn moeder was altijd thuis, mijn broer had ook naar huis kunnen gaan, maar dat deed hij niet. Mijn beppe troostte hem en plakte pleisters. Zo deden we dat als klein kind, maar helaas verhuisden we toen ik 9 en mijn broertje bijna 7 was naar een andere plaats en woonde onze beppe niet meer om de hoek. We gingen op een bovenwoning op een afgelegen industrieterrein wonen. Dat klinkt triest en dat was het eigenlijk ook.
Overigens denk ik niet dat mijn ouders ons opzettelijk verwaarloosden en emotioneel en seksueel (in geval van mijn broer) mishandelden. Ik denk dat ze niet anders konden en niet wisten hoe het anders zou moeten. Waarschijnlijk dacht mijn vader dat hij opbouwende kritiek leverde door mij uit te schelden. Als hij maar vaak genoeg kamerolifant of trut zei, dan zou ik vast wel mijn best doen om mijn overgewicht kwijt te raken en mij anders te gedragen. Hulp is wel eens aan de orde geweest, de huisarts had mijn vader verwezen naar de psychiater, maar die verwijzing gooide hij resoluut en waarschijnlijk beledigd in de prullenbak.
Mijn broer vroeg zich vorige week af of ze van ons hielden.
Ik heb echt geen idee! Misschien wel, maar daar lieten ze niets van merken, hooguit door ons zo nu en dan wat geld te schenken. Maar geld vind ik héél iets anders dan echte aandacht en echte waardering.